‘Bouwsector vervult een leidende rol in transitie’

Wat is het toch een boeiende sector, de bouw. Met een vader die aannemer was, begon mijn bijzondere interesse voor constructievoertuigen al vroeg. Door de jaren heen heb ik de behoefte aan – vaak complexe – af fabriek oplossingen voor uiteenlopende toepassingen zien groeien. Na de introductie van de FMX, alweer 14 jaar geleden, is Volvo Trucks gegroeid in het bouwsegment, waarin maatwerk de norm is en specials zorgen voor een flexibele inzet. Dit heeft geresulteerd in een marktleiderspositie, met dank aan het vertrouwen vanuit bouwend Nederland. Toen in 2019 werd gestart met de serieproductie van e-trucks, dachten we daarmee vooral de distributiemarkt en retailers te bedienen. Verrassend genoeg kwamen de eerste aanvragen vanuit het bouwsegment. En toen die bal eenmaal ging rollen, volgden de orders elkaar in rap tempo op.

Steeds meer mogelijk

De altijd dynamische bouwwereld ontpopte zich vervolgens als ware pioniers, met durf om te investeren en de wil om te kijken naar wat wél kan. Toen er nog geen bakwagens leverbaar waren om als grond- of asfaltkipper in te zetten, werd simpelweg een elektrisch aangedreven trekker met oplegger besteld. Later kwamen daar ook andere as-configuraties bij en werd de keuze qua OEM-oplossingen groter. Neem bijvoorbeeld de voor de bouw zeer interessante emissievrije 8×4-trucks en opbouw met autolaadkraan. De ontwikkelingen in de markt staan niet stil en op basis van feedback vanuit de markt is er steeds meer mogelijk. 

In meer of mindere mate ingegeven door de tenders vanuit Rijkswaterstaat om emissievrij te bouwen, vervult de bouwsector zodoende al ruim twee jaar een leidende rol in de transitie naar zero-emissie. Daarbij hebben subsidies en de zekerheid van een raamovereenkomst met de opdrachtgever als financieel vangnet, zeker geholpen. Er zijn intussen zelfs ondernemers die hun laatste dieseltruck al hebben gekocht. Emissievrij transport wordt steeds belangrijker. Kijk alleen al naar de vraag om CO2-rapportages en de invoering van milieu- en zero-emissiezones. Tenminste, als de regering niet ineens van koers verandert. Wat dat betreft heeft de transportsector absoluut baat bij een betrouwbare overheid, die niet gaandeweg de regels verandert en zo een oneerlijk speelveld creëert voor degenen die investeren in elektrische vrachtwagens.

Boventoon voeren

Tegelijkertijd is elektrisch rijden op dit moment niet in alle gevallen de beste optie. Denk bijvoorbeeld aan zwaartransport met combinaties met een totaalgewicht ver boven de reguliere maximale 50 ton. In die gevallen wordt steeds vaker voor bijvoorbeeld HVO-diesel gekozen. Op de langere termijn biedt de waterstofverbrandingsmotor mogelijk uitkomst, al is de verwachting dat batterij-elektrisch de boventoon zal blijven voeren. Er rijden wereldwijd al bijna 5.000 elektrisch aangedreven Volvo-trucks rond, dus het kán. Daarbij is het belangrijk om de juiste accucapaciteit te bepalen. Een actieradius van honderden kilometers is binnen de bouwsector immers lang niet altijd nodig. Je kunt het gewicht van een extra accupakket in dat geval beter weglaten voor meer laadvermogen.

In lijn daarmee, merken we dat er behoefte is aan een hoger maximaal toegestaan GCW voor elektrische vrachtwagens. Ook zien we in de energietransitie verrassende en waardevolle samenwerkingen van de grond komen. Zo zoeken aannemers en vervoerders elkaar op, om op creatieve wijze invulling te geven aan de inrichting van laadpleinen op locaties waar projecten draaien of bij leegstaande panden in de omgeving van het bedrijf. We zijn er nog niet, maar mooie stappen worden gezet. De weg naar ‘zero emissions’ zullen we samen moeten vormgeven. Zoals ik al zei: het is een boeiende sector.     

De Pen – Roeland Ruygt – nieuwe Managing Director, Volvo Trucks Nederland