De Vakgroep Bitumineuze Werken (VBW) van Bouwend Nederland bevordert de toepassingen van asfalt. Net als de rest van Nederland is ook de asfaltbranche bezig met verduurzamen. De introductie van Warm Mix Asfalt vormt daarin een belangrijke mijlpaal, maar daar blijft het niet bij. Zo wordt er zelfs gewerkt aan een ‘Deltaplan Duurzame Wegverharding’ om vooral samen te bouwen aan duurzame wegen. Een gesprek met Stefan de Munck, voorzitter van de Vakgroep Bitumineuze Werken.
Als branche en dus ook vanuit de VBW zijn we druk bezig met verduurzamen, zowel aan de productie- als de verwerkingskant, begint De Munck. “In 2021 hebben we gezamenlijk de ambitie uitgesproken om Hot Mix Asfalt uit te faseren en over te stappen naar Warm Mix Asfalt. Daar zijn we de afgelopen anderhalf tot twee jaar druk mee geweest om dat samen met opdrachtgevers zoals Rijkswaterstaat, provincies en gemeenten verder op te pakken en er een verkort acceptatieproces voor in te richten. Sindsdien zijn alle productie-eenheden door het land, de asfaltcentrales, stappen aan het maken of zijn al helemaal overgestapt op Warm Mix Asfalt.”
Sinds halverwege 2024 zien we dat in steeds meer contracten Warm Mix Asfalt wordt uitgevraagd. “Een mooie ontwikkeling”, vindt De Munck. “Aan alle kanten worden serieuze stappen gezet, zowel bij producenten als opdrachtgevers van klein tot groot. En daar mogen we als sector best trots op zijn. Het blijkt maar weer dat we elkaar echt nodig hebben. We kunnen wel willen verduurzamen met onze mengsels, maar opdrachtgevers moeten ook mee. Warm Mix Asfalt is weliswaar per 1 januari 2025 de norm, maar dat betekent niet dat we Hot Mix Asfalt compleet kunnen uitfaseren. Dat heeft te maken met de soms lange acceptatietrajecten voor specifieke situaties. Wat we in ieder geval wel kunnen stellen is dat de koudwatervrees voor het toepassen van Warm Mix Asfalt in ieder geval is weggenomen, zowel bij opdrachtgevers als -nemers.”
En nu verder! “Want, met alleen het verlagen van de temperatuur komen we er niet”, stelt De Munck. “Zo worden nu stappen gezet naar het Nationaal Platform Duurzame Wegverharding. Het initiatief komt voort uit een sessie tijdens onze Asfaltdag enkele jaren geleden. Daarin hebben onze leden een presentatie gegeven met als eindconclusie dat het mooi zou zijn als we een soort deltaplan voor duurzame wegverhardingen zouden optuigen. Om de sector structureel te verduurzamen, is een nauwe samenwerking tussen overheden, bedrijven en kennisinstellingen noodzakelijk. Het Nationaal Platform Duurzame Wegverharding (NPDW) brengt opdrachtgevers, opdrachtnemers en kennisinstellingen samen om kennis te bundelen en samen de beste aanpak te kiezen. Het Deltaplan Duurzame Wegverharding vormt daarin de basis en beschrijft concrete doelen en stappen om CO2-uitstoot te verlagen, circulair gebruik van materialen te stimuleren en innovatie te bevorderen.”
Ook aan de asfaltproductiekant is de VBW continu in gesprek om grotere en snellere stappen te maken. “Het doel is om onze mengsels te produceren met zo min mogelijk emissie. Zo zijn we bezig met het bekijken van andere productiemethodieken om het gasverbruik te verminderen. Denk aan het toepassen van waterstof en elektrisch verwarmen. Vergelijk aan de stappen die zijn genomen voor de introductie van Warm Mix Asfalt. We realiseren ons ook dat het grote investeringen met zich meebrengt. Die kunnen en willen we als branche wel doen, maar wel met enige zekerheid dat we dat de komende jaren kunnen toepassen. Daarom betrekken we ook opdrachtgevers bij deze ontwikkelingen om een goed beeld te krijgen hoe de markt eruitziet de komende jaren.”
Warm Mix Asfalt is volgens De Munck zeker niet het eindpunt, maar slechts een tussenstap. “We bewegen uiteindelijk naar mengsels die bij een nog lagere temperatuur geproduceerd kunnen worden. Neemt niet weg dat we met de stap van Hot Mix naar Warm Mix de carbon footprint met circa 20 tot 40 procent weten te verlagen.” Maar er zit dus nog meer in het vat. Tot slot wil De Munck ook nog de aandacht vestigen op het fenomeen duurzame inzetbaarheid. “We zien dat onze branche aan het vergrijzen is. Daarom denken we nu al na over hoe we het werk ook over tien jaar gerealiseerd krijgen en vooral over hoe we ons vak weer sexy krijgen en jong bloed aantrekken. Daartoe hebben we binnen de VBW diverse commissies opgezet die gesprekken voeren met opleidingsinstituten, zoals het SOMA College in Harderwijk. Overigens maakt ook Bouwend Nederland zich sterk om onze branche onder de aandacht te brengen bij zowel scholieren als hun ouders. We zitten dus allesbehalve stil.”