Rijkswaterstaat en Mourik Infra renoveren de Prinses Marijkesluis terwijl de scheepvaart in het Amsterdam-Rijnkanaal doorgaat en de hoogwaterkering in werking blijft. De planning volgt de waterveiligheid: werken tijdens het laagwaterseizoen en kunnen sluiten bij stijgende waterstand. “Het is renoveren met de winkel open”, zegt René Diks, contractmanager bij Rijkswaterstaat.
De renovatie wordt uitgevoerd in een tweefasencontract. Fase 1 (maart 2022–november 2023) stond in het teken van onderzoek, ontwerp en risicobeheersing; fase 2 (vanaf 1 januari 2024) is de realisatie. De eindmijlpaal is gepland in maart 2027. “We hebben een robuuste planning gemaakt”, zegt Sake Hemstra, projectmanager en contractmanager bij Mourik Infra. “Sommige werkzaamheden verdragen simpelweg geen hoogwater en dat bepaalt het ritme.”
Kern van de samenwerking is een gedegen risicodossier. In fase 1 zijn circa veertig onderzoeken uitgevoerd om onzekerheden te reduceren (onder meer naar de staat van de sluisdeuren onder water). De resterende 40–50 gekwantificeerde risico’s zijn toegewezen aan de opdrachtnemer of opdrachtgever, met een gereserveerd budget. Diks: “Zo voorkom je onnodige risico-opslagen in de prijs, en houd je ruimte om onverwachte situaties professioneel op te lossen, zonder tegenover elkaar te komen staan.” Hemstra: “Het haalt de druk van het project en werkt zeer prettig.”
De sluis heeft ook de functie van primaire hoogwaterkering. Werkzaamheden aan de hoogwaterkering mogen alleen in het laagwaterseizoen worden aangepakt. Tegelijk moet bij naderend hoogwater de keerschuif (80 meter brede water kerende beweegbare schuif) en de sluis binnen drie dagen volledig kunnen sluiten. “We monitoren onder meer de waterstanden bij Lobith”, zegt Diks. “Als zich een golf aankondigt, moet de hulpconstructie van de keerschuif af en moet het complex dicht. Dat is een harde eis.” Hemstra noemt het één van de spannendste aspecten van het werk: er liggen protocollen klaar om het werk versneld en veilig af te bouwen. Tot op heden is het nog niet voorgekomen, dat door hoogwater de hulpconstructie aan de keerschuif afgebroken moest worden.
Een extra uitdaging is de keerschuif over het Amsterdam-Rijnkanaal: conservering moet boven water plaatsvinden en kan niet in één laagwaterseizoen worden gerealiseerd. “Daarom verdelen we de keerschuif en de kolken over twee jaren: dit jaar één helft en één kolk, volgend jaar de andere helft en de andere kolk”, aldus Hemstra.
Rijkswaterstaat en Mourik kozen ervoor de sluisdelen en -hoofden droog te zetten in plaats van in natte omstandigheden met duikers te werken. Diks: “Droog werken reduceert veiligheidsrisico’s en maakt kwaliteitscontrole aantoonbaar beter.” Hemstra: “Dat vraagt forse tijdelijke voorzieningen, maar je kunt erbij, je ziet wat je doet en je kunt de werking goed beoordelen.” Voor het droogzetten produceerde Mourik in de eigen staalfabriek zware droogzetschotten (circa 40 ton per stuk). “Dat we veel kritische componenten zelf maken, zorgt voor snelheid en grip. De opdrachtgever praat dan direct met de makers”, aldus Hemstra.
De werkzaamheden boven de vaarweg stellen ook milieueisen. Tijdens stralen en coaten boven het kanaal gelden strikte maatregelen om emissies naar het water te voorkomen. “Daarin trekken we intensief samen op, met zorgvuldige werkplannen en toezicht”, zegt Diks.
Dit jaar ligt de focus op groot onderhoud aan de oostkolk en het conserveren van de eerste helft van de keerschuif. “We streven ernaar de nieuwe oostkolk in november in bedrijf te nemen, met vernieuwde bedienhuisjes, apparatuur, sluisdeuren en aandrijvingen”, zegt Hemstra. “Dat wordt een belangrijke mijlpaal. Het werk heeft een repeterend karakter, dus succes dit jaar geeft vertrouwen voor volgend jaar.” Parallel daaraan werkt het team aan het zorgvuldig op- en afbouwen van de hulpconstructie aan de keerschuif: “Die moet volledig gedemonteerd kunnen worden zodra het hoogwaterseizoen begint.”
Het project kent indrukwekkend hijswerk. Hemstra: “Drijvende bokken, sluisdeuren en droogzetvoorzieningen – het is prachtig werk. Je ziet hier bijna het hele civiele spectrum samenkomen.”
De Prinses Marijkesluis is een van de eerste projecten in Rijkswaterstaats zogenoemde ‘sluizenwerf’: daarin zijn meerdere sluizenteams verenigd om de vernieuwing van het sluizenareaal van Rijkswaterstaat aan te pakken. Projecten worden in portfolio’s gebundeld en sluizenteams ontwikkelen met en leren van elkaar. Ervaringen worden gedeeld, hergebruikt en opgeschaald. “Landelijk staan er 86 sluizencomplexen op het programma”, zegt Diks. “We willen leren uit projecten als deze en bieden daarmee een herkenbaar, aantrekkelijk werkpakket voor de markt, met continuïteit en synergievoordelen.” Volgens Hemstra zie je dat teams sneller ingespeeld raken, zeker als uitgangspunten aan de voorkant helder zijn. “Gun elkaar in de voorbereiding ook een paar maanden om elkaar beter te leren kennen en om processen, tools en werkwijzen te verankeren. Dat betaalt zich dubbel en dwars terug.”
Een belangrijke les voor toekomstige projecten: werk de uitgangspunten en eisen vooraf iets verder uit, zonder innovatie te smoren. Diks: “Als je met een minimaal eisenkader start, kost het veel tijd om samen uit te vinden ‘wat willen we precies?’. Dat kan beter.” Hemstra: “Met een steviger basis kun je sneller naar ontwerp en uitvoering.”
Mourik werkt met een vertrouwd team van partners dat ook bij eerdere sluisrenovaties een succesformule bleek. “We kiezen waar mogelijk dezelfde bewezen partners; je weet wat je aan elkaar hebt”, zegt Hemstra. “En als familiebedrijf met een eigen staalbedrijf kunnen we cruciale onderdelen zelf engineeren en produceren.” Diks: “Dat merk je. Een hoofdaannemer met vaste partners die elkaar kennen, acteert als één team. Dat komt de voorspelbaarheid en kwaliteit ten goede.”
De renovatie van de Prinses Marijkesluis krijgt vanaf zaterdagmiddag 6 september om 17.00 uur extra zichtbaarheid in vier afleveringen van het RTL 4-pogramma ‘De bouw maakt het’. “Mooi om te laten zien wat er allemaal komt kijken bij een project als deze”, zegt Hemstra. “Complex, gevarieerd – en bovenal – werk dat er toe doet.
Neem dan rechtstreeks contact op met Mourik.